Dwars door Bolivia

Op woensdag 1 augustus komen we aan in La Paz de grootste stad van Bolivia. Een stad waarvan je met recht kan zeggen dat zij op hoogte ligt. La Paz Alto ligt op zo’n 4200m, het vliegveld op 4000m en het centrum op 3700m. Wij zijn al even op hoogte als we hier aankomen en hebben niet heel veel last meer van de hoogte, dit betekent niet direct dat we niets meer merken. Even een paar trappen oprennen blijft dagen lang een andere ervaring. Wanneer we reizigers spreken die direct op La Paz vliegen en overvallen worden door vormen van hoogteziekte, zijn wij blij dat wij het rustig aan gedaan hebben.

In La Paz verblijven we in het Loki Hostel. Dit hostel ligt in een ander gebied van La Paz dan waar we de vorige keer geslapen hebben. Dit deel is wat minder toeristisch. Je ziet op straat dus vooral gewone Bolivianen en veel studenten. Geen wonder, het hostel ligt vlakbij een universiteit. Het Loki hostel is echt een uitstekende keuze. Het hostel huist in een prachtig pand van drie verdiepingen, dus veel traplopen. Ja het is weer een party hostel, dus een bar en wat meer geluid ‘s avonds maar dit gaat niet te lang door. De bar is een gezellige bar waar je ook een prima hapje kunt eten. Verder is het hostel erg ruim, erg schoon, prima douches en is het er warm. Het koelt in Bolivia in de avond flink af op 4000m hoogte en dat het binnen warm is, is wel zo fijn. Op de meeste plaatsen in hotels en hostels is dit niet zo. Men laat de deur kennelijk graag open staan en houdt de jas graag aan.

Onze eerste dag in La Paz komen we rond de avond aan en gaan direct naar ons hostel. Die avond hebben we met een Duits koppel afgesproken, die wat spullen in Copacabana waren vergeten en die ze niet willen missen. De avond brengen we gezellig met z’n vieren door. Toevallig reizen zij ongeveer dezelfde route dus wie weet komen we elkaar nog vaker tegen. Verder maken we plannen voor de volgende dag, we gaan op zoek naar een trekking voor de komende dagen. Dit wordt de Condoriri trekking en meer hierover heb je al op de blog kunnen lezen.

De overige tijd die we in La Paz hebben, besteden we aan lekker in de stad rondzwerven. Beetje rondhangen en kijken. Niek gaat nog even naar de kapper, wat onderhand wel nodig is volgens Susan. Wat ons opvalt is dat de stad rustiger lijkt dan vijf jaar gelden. Minder hectisch verkeer. Verder vallen de mensen op. Misschien hebben we het mis, maar ze lijken zich moderner, meer als in Europa te kleden dan vijf jaar gelden.

Na de trekking besluiten we richting Tupiza te gaan. We kiezen ervoor het stuk niet in een keer te reizen maar via Potosi. Omdat we niet weten welke busmaatschappijen in Bolivia goed zijn, vragen we wat rond en vertrekken naar het busstation om zelf de bussen aan een inspectie te onderwerpen. Op het busstation lukt het ons zonder problemen het afgesloten deel voor de bussen op te lopen. En zelfs met ons ongeoefdende oog is het eenvoudig te zien dat het verschil in bussen groot is. Niet alleen het comfort, maar ook de staat van de bus. Ons plan om een bus overdag te nemen blijkt niet te gaan werken omdat alle bussen ‘s avonds vertrekken en dus ‘s nachts reizen. De volgende avond reizen we verder met de busmaatschappij van keuze richting Potosi. Die avond blijkt Niek zich niet helemaal lekker te voelen. Vast te veel ijsjes, taartjes of andere lekkernijen geprobeerd. Gelukkig houdt Niek zich prima die busrit, behalve dat het koud is of voelt. De volgende ochtend komen we om zes uur aan in Potosi.

Potosi een stad die vooral bekend is om de mijnen en ligt op 4000m. De mijnen zijn nog altijd vol in bedrijf. Al wordt er nauwelijks nog zilver gevonden, zoals in het verre verleden. Wel wordt er veel tin en andere metalen gevonden en met de metaal prijzen van vandaag de dag brengen ze kennelijk genoeg geld op. Bij aankomst in Potosi blijkt Niek nog altijd niet lekker en heeft last van zijn buik en heeft het erg koud. Maar er zit niet anders op dan op de terminal, een te grote ruimte zonder verwarming te wachten tot het licht wordt en een accomodatie te zoeken. In de vroege ochtend lukt het ons een accomodatie te vinden waar Niek en het bed goede vrieden blijken te zijn. Met lichte koorts slaapt Niek nog een hele dag waarna hij zich weer redelijk voelt. Susan kan die middag lekker op haar gemak Potosi bekijken. Er  blijkt een bakwedstijd te zijn, met allerlei plaatselijke zoete lekkernijen, net nu Niek in bed ligt

Potosi is ook een stad waar we eerder zijn en we laten deze keer de standaard toeristen dingen links liggen. Een bezoek aan de mijnen is hier de standaard toeristen activiteit. Iets wat je maximaal een keer wil doen. Zo fijn is het niet om dit werk te zien. Wij houden het deze keer bij de stad bekijken.

Van Potosi zetten we de reis door naar Tupiza. Deze keer gaan we overdag reizen om wat omgeving te kunnen zien. We vertrekken die ochtend heel vroeg naar het busstation. We moeten namelijk nog een kaartje kopen en de bussen vertrekken vroeg. Op het busstation lukt het ons een van de laatste kaartjes te bemachtigen. De busrit van een uur of 7 voert ons door steeds woester gebied. Rond een uur of drie ‘s middags komen we aan in Tupiza. Een klein plaatsje in het zuiden van Bolivia. Het valt direct op dat hier minder toeristen zijn. Tupiza ligt niet meer op het standaard rondje en wordt slechts door een klein deel van de toeristen aangedaan. Vooral door hen die via Argentinie reizen. We vinden die middag weer een prima accomodatie en maken plannen voor de volgende dag.

De volgende dag gaan we paardrijen om dit ruige gebied van Bolivia te bekijken. Tupiza wordt wel het wilde westen van Bolivia genoemd. Die middag bestijgen we ieder een paard. Zeker voor Susan een nieuwe ervaring, haar eerste rit te paard. We maken een mooie rit door het woestijn achtige gebied rond Tupiza.

Die avond zetten we de reis richting Tarija voort. In dit deel van het land zijn de bussen minder luxe. De bussen lijken hier een beetje op vrachtauto’s, ouderwetse, extra hoge Mercedesbussen. Wat maar goed is, want er ligt geen asfalt meer. Het wordt dus minder lekker slapen. De chauffeur rijdt rustig waardoor het stuiteren gelukkig meevalt en om een uur of vijf ‘s ochtends arriveren we in Tarija. Vroeg arriveren betekent dus weer op het busstation rondhangen tot het licht wordt. Tarija is het wijn gebied van Boliva, wat betekent dat we hier wel een bezoek moeten brengen aan de wijnvelden, de fabriek en het proeflokaal. 

Intussen zijn we alweer heel wat dagen in Peru en Bolivia. Omdat we nog een aantal plaatsen in Argentinie niet willen missen voordat we het continent verlaten, is het tijd om eens naar onze reisroute te kijken en plannen te maken. We hebben vanaf Tarija de mogelijkheid om via een omslachtige route naar Argentinie en dan naar Salta te reizen of de minder voor de hand liggende route via Paraguay te keizen. De route via Paraguay wordt, zeker vanaf deze kant van het land, maar weinig gereisd. Echter ons trekt de route en het avontuur wel. Wat speurwerkt leert ons dat we via Villamontes naar Paraguay kunnen reizen. Het vervelende is alleen dat je rond middernacht in Villamontes aankomt en het dus lastig wordt nog een kaartje te kopen voor de bus naar Paraguay, die daar rond twee uur ‘s nachts langskomt. Voordat we op wijntour gaan, gaan we opzoek naar buskaartjes naar Paraguay. Op het busstation vinden we een vrouwtje dat kaartjes verkoopt. Alleen het is allemaal erg onduidelijk hoe en wat. Waar moeten we nu overstappen, waar krijgen we onze exit stempels enzovoort. Na een uurtje puzzelen zijn we eruit en besluiten de gok te wagen. We bestellen twee bustickets voor de volgende dag.

Maar voordat we naar Paraguay gaan, maken we eerst een wijntoer in de omgeving van Tarija. We boeken een toer, wat uiteindelijk een privetoer blijkt te zijn. We worden door een vriendelijke jongeman rondgereden naar de verschillende onderdelen. We beginnen bij de grootste wijnfamilie van de regio, de familie Kohlberg. Dit is een industriele wijnmakerij. Het klinkt duits en dat is het ook. De familie Kohlberg komt oorspronkelijk uit Duitsland en heeft jaren geleden de druiven in Bolivia ontdekt en is er wijn gaan produceren. Ondertussen is het een van de grootste wijnproducenten van Bolivia. De volgende stop is het uitkijkpunt over de wijnvelden van de familie Kohlberg. Zover we kunnen kijken zien we druivenstokken staan. Op dit moment zijn ze leeg, de druivenoogst is in februari-maart, in de zomer. Onderweg naar een proeflokaal, stoppen we nog bij de belangrijkste rivier voor de irrigatie van dit gebied. In het proeflokaal krijgen we, naast een glaasje rode en witte wijn, ook nog een bord parmaham, boliviaanse kaas, crackers en huisgemaakte perzikjam voorgezet. Nou, dit smaakt allemaal prima.

De laatste stop is op een traditionele wijnbrouwerij. Het oude huis is nog steeds in gebruik, tegenwoordig als restaurant. De brouwerij produceerd op de oude manier alleen nog wijn voor eigen gebruik, het restaurant. Het kan niet op tegen de grote hoeveelheid wijn die op industriele wijze gebrouwen wordt. Ook hier krijgen we een glaasje wit, rood en een cognac achtig drankje te proeven.

De laatste ochtend in Bolivia, zoeken we eerst een restaurant op waar we gebruik kunnen maken van free Wifi en onder het genot van een kop koffie met wifi werken we de blog bij, voordat we naar de terminal moeten voor de bus naar Villamontes en Paraguay.

[travelmap-map first=2012-07-30 last=2012-08-14]

[travelmap-list first=2012-07-30 last=2012-08-14]

2 thoughts on “Dwars door Bolivia

  1. Hoi avonturiers,

    wat een leuk en mooi stuk weer om te lezen. We kijken echt met bewondering naar al jullie ervaringen. We durven best toe te geven gewoon stinkend jaloers te zijn hoor…

    Misschien dat het binnenkort weer een keertje lukt om te skypen?

    Veel liefs van ons

  2. Het valt me toch wel op dat je over de gehele wereld duitsers en wijn ziet. Niet discriminerend bedoelt maar toch wel een feit.
    Het lezen van jullie verslag is steeds spannender en mooier.
    Fantastish jullie ervaringen.
    Tot spoedig weer een verslag.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *