Stroom opwaarts

15 februari – 11 maart

Na de prachtige scooterloop reizen we vanaf Thakek samen met Momme en Alyla naar Vientiane, de hoofdstad van Laos. De busrit in de VIP bus is een prettig ritje, een keer geen overvolle bus en we komen op tijd aan. Uiteraard zoals altijd weer op een busstation buiten de stad. Snel vinden we een tuk-tuk die de laatste zeven kilometer naar het centrum overbrugd. Het is wel even omschakelen. Weer een grote stad en het is erg warm, meer dan 40 graden. De eerste paar guesthouses of hotels die we naar een kamer vragen zijn of vol of buiten ons budget. Niek stelt daarom voor om ons op te splitsen. Dan kan de helft van ons op de tassen passen en de andere helft opzoek naar een slaapplaats. Dit voorstel klinkt iedereen als een goed idee in de oren, het is niet echt een pretje om bij deze warmte hotel in, hotel uit te sjouwen. Susan en Ayla gaan met z’n tweeen opzoek naar een guesthouse. Niek en Momme blijven achter met vier grote backpacks. Binnen een halfuur zijn de dames terug en hebben ze een prachtig guesthouse gevonden. We frissen ons lekker op, slenteren over de nightmarket en eten een hapje. Onder het genot van een Beerlao en voor Susan een Laolao cola vertellen we Momme en Ayla van alles over Vietnam en Indonesie. Vooral onze beklimming van de Rinjani vulkaan op Lombok maakt hun erg enthousiast.

De volgende dag in Vientiane zijn we weer vroeg op om naar het Thaise consulaat te gaan voor een visum aanvraag voor Thailand. Thailand is een apart land qua visum, reis je per vliegtuig, dan mag je dertig dagen blijven en reis je over land, dan maar 15 dagen zonder visum. Wij reizen over land en willen een week of vier in Thailand verblijven en dus hebben wij het visum nodig. We zijn mooi optijd bij het consulaat, zelfs een kwartier te vroeg. Er staat een kleine rij en we gebruiken de tijd om de formulieren in te vullen. Het is maar goed dat we op tijd zijn want de rij groeit vlot. Wanneer de poorten open gaan krijgt iedereen een nummertje. Met dit nummertje mag je eerste langs een balie om het formulier en paspoort in te leveren. Vervolgens weer wachten en bij een andere balie om te betalen. Ruim een uur later staan we weer buiten. De volgende dag in de middag mogen we ons paspoort weer ophalen.

De avond brengen we weer met het Duitse koppel door. Deze keer vertellen zij alles over Thailand. Net als wij vinden ze Vientiane maar niets en zij reizen de volgende verder naar Vang Vieng. Wij moeten nog een extra dag in Vientiane verblijven in afwachting op ons Thais visum. We spreken af om elkaar weer in Vang Vieng te ontmoeten. Als het lukt zullen ze zelfs een hotelkamer voor ons regelen. Dat is even in luxe reizen. De extra dag in Vientiane halen we ons paspoort met visum voor Thailand op. We regelen een buskaartje voor de bus naar Vang Vieng. De directe toeristen bus blijkt even duur als de ‘chicken’bus. Een makkelijke keuze dus. De volgende dag reizen we verder naar Vang Vieng.

Vang Vieng heeft de laatste jaren naam gemaakt. Het is de plaats waar backpackers naar toe gaan om te tuben, in een band over de Mekong drijven van bar naar bar. Dat het tuben in combinatie met alcohol en andere drugs geen goede combinatie is, zal geen verassing zijn. Nadat er 2011 meer dan dertig mensen zijn overleden heeft de overheid in Laos besloten alle bars langs het water te sluiten. Deze geschiedenis is voor ons geen reden om Vang Vieng over te slaan. Het tuben is natuurlijk een prachtige en relaxte manier om door het geweldige landschap hier te dobberen.

In Vang Vieng aangekomen gaan we naar het guesthouse waar Momme en Ayla al een kamer voor ons geregeld hebben. Wederom een prima guesthouse met zelfs een prachtig uitzicht. Die avond eten we met zijn vieren in een Koreaans bbq restaurant, lekker en gezellig. De volgende dag spreken we af om te gaan tuben.

Als we wakker worden regent het en is het niet eens heel warm meer. We zoeken met z’n vieren iets te ontbijten en hopen dat het snel droog wordt. Na twee uur zakt de moed ons wel in de schoenen. Het blijft maar regenen en regenen. Dat wordt dus niet tuben. Als het even wat minder regent gaan we snel terug naar het hotel. De middag lezen we wat en als het bijna droog is, trekken wij er weer op uit.

In Laos is de ‘herbal steam sauna’ een populair iets. Het lijkt ons leuk om ook zo’n lokale sauna te bezoeken. We hebben een plattegrondje van Vang Vieng waar wat van deze lokale sauna’s op zijn ingetekend. Na een stuk lopen, wat zoeken en rondvragen vinden we een sauna, verstop in de achtertuin bij mensen thuis. Het ziet er van buiten al prachtig uit. De sauna bestaat uit een huis op palen, waar een kleedhokje is, kluisjes, in het midden de rustruimte waar je thee kan drinken en twee sauna hokjes. We krijgen een handdoek en sauna kleding. Voor Susan betekent dit een saron (een grote doek) en voor Niek een broekje. We kleden ons om en krijgen een kopje thee te drinken. Intussen wordt de sauna voor ons opgestookt. De sauna is houtgestookt en het duurt dan ook even voordat hij warm wordt. Ondertussen genieten we van ons rokerige kopje thee. Voordat we de sauna in kunnen worden er nog wat struiken gekapt die als kruiden voor de sauna op het vuur gaan. Nog even wachten en we mogen het hokje in. In het begin is de sauna nog niet echt warm maar dit verandert langzaam. De eigenaar komt er bij zitten. Hij spreekt twee worden engels, ‘hot’ en ‘not hot’. Hij rent af en toe het hokje uit om wat aan het vuur te doen en niet veel later horen we hem alleen nog maar ‘hot’ zeggen. Wij maken drie saunagangen en er komen ook steeds meer locals bij. Na ruim twee uur is het welletjes, we kleden ons weer om en rekenen het astronomische bedrag van 2 euro af. We hebben toch weer weten te genieten van deze verregende, koude dag.

Het lijkt erop dat het weer de volgende dag niet gaat veranderen en we besluiten dan ook met z’n vieren verder te reizen. Deze keer gaat de reis met de minibus naar Luang Prabang. We vinden een busticket bij een mannetje dat beweert ons in het centrum af te zetten in plaats van op de bus terminal buiten de stad. Niek klinkt dit als te goed nieuws in de oren en vraagt nog even om een telefoonnummer. De volgende dag worden we keurig op tijd opgepikt. Een wellicht hele mooi rit door de bergen voert ons naar Luang Prabang. Wij zien helaas niet veel meer dan mist die dag. Zes uur later stopt de bus in Luang Prabang. Niet in het centrum maar, je raadt het al, op de bus terminal waar ons direct een tuk-tuk wordt aangeboden voor ruim 6,50 euro per persoon terwijl het busticket 9 euro kost, idioot toch. Wij blijven in de bus zitten en de andere toeristen volgen ons voorbeeld. We leggen de bestuurder uit dat de afspraak was naar het centrum. Maar deze blijft erbij dat dit echt het eindpunt is. Gelukkig hebben we het telefoonnummer van het mannetje in Vang Vieng nog. En na wat heen en weer bellen wordt uiteindelijk de reis toch naar het centrum voortgezet.

We gaan deze keer weer voor dezelfde tactiek. Susan en Ayla gaan opzoek naar een kamer terwijl Niek en Momme bij de tassen blijven. Susan en Ayla zijn nog maar net weg en Niek en Momme kijken elkaar eens aan en kijken eens naar het terras naast de tassen. De keuze is niet moelijk. Wachten bij de tassen met een beerlao is veel prettiger. De verwachtiging is dat we toch wel even moeten wachten. Maar al na een paar slokken bier zijn de dames terug met het goede nieuws dat ze prachtige kamers tegen een spotprijsje gevonden hebben. Dus ook de dames vieren de overwinning met een drankje. Een halfuurtje later gaan we naar het hotel. Wanneer Ayla wil betalen blijkt er toch iets niet te kloppen. Het hotel blijkt prijzen in dollars te hanteren terwijl wij in KIP rekeken, de valuta van Laos. We draaien weer om. Niek, Momme en de tassen worden weer bij het terras achter gelaten. Terwijl Niek en Momme met een beerlao afwachten rennen Ayla en Susan door de straten van Luang Prabang, als een goed op elkaar ingespeeld team. Deze keer duurt het wat langer maar wordt er toch een prima guesthouse voor de komende dagen gevonden.

De eerste dag in Luang Prabang hebben weer een cooking class geregeld. Altijd leuk om op deze manier wat meer van het land te leren. Net zoals elke cooking class, begint de cooking class ook hier met een bezoek aan de markt. Er wordt ons van alles verteld over de ingredienten die in Laos gebruikt worden. Terug in het restaurant wordt ons nog veel meer verteld over de Laos keuken, de achtergond en leren we hoe je deze ingredienten in het eten verwerkt. We hebben alle vier een gerecht gekozen en een gerecht gezamelijk. Na wat snijden verplaatst het werkterrein naar de keuken. Hier leren we hoe we de verschillende gerechten klaarmaken. Het laatste deel van de cooking class bestaat uit het smullen. Het is zo’n grote lunch dat we de rest van de dag niet veel meer hoeven te eten.

Luang Prabang is de oude hoofdstad van Laos, een world heritage site van de UNESCO. We merken het verschil goed, de stad is erg toeristisch. Niet alleen de backpackers, die je in heel Laos ziet, maar ook veel gewone toeristen. Dit toeristme heeft duidelijk invloed op de prijzen. In veel eettentjes zijn de prijzen verdubbeld of nog meer, dan we gewend zijn in Laos. En voor deze dubbele prijs krijg je echt geen ander eten. Het is dus wat meer zoeken in deze stad en af en toe vragen of we ‘Are you sure?’ waarna de prijs soms direct met 50 procent daalt.

Het lijkt ons leuk om nog een tour te doen met olifanten. Maar dan wel eentje waar je samen met de olifanten gaat badderen. We hebben dit al eens gedaan, maar dit is zo spectaculair dat we het graag nog eens doen. In de straten van Luang Prabang is zoveel aanbod, dat het een flinke zoektocht is naar een tour. Naast dat we een tour doen waar we gaan badderen, willen we graag ook een tour waar de olifanten goed behandeld worden. Echter dit is lastig te achterhalen. Wel lopen de prijzen gigantisch uit elkaar. We gaan toch voor de goedkooptste waar we ook een goed gevoel bij hebben.

De volgende dag worden we met een minibusje opghaald en naar het olifantenkamp gebracht. Er zijn twee groepen. De halve en de hele dag tour. Eerst rijden de halve-dag-tour mensen een rondje op de olifanten en bezoeken wij een grot aan de andere kant van de Mekong. Deze grot staat vol met budha beeldjes en er lijken bijna net zoveel toeristen als beeldjes te zijn. Na de grot is het onze beurt voor een rondrit op de olifanten. We hebben intussen de olifanten eens goed bekeken. Het blijven toch geweldig dieren. Ze zien er ook goed uit en alles wijst erop dat er goed met ze omgegaan wordt. Er wordt geen zwaar stuk ijzer of prikstok gebruikt om de olifanten te corrigeren. Het enige dat ze gebruiken is een touw om het oor van de olifant. Het touw is keurig glad afgewerkt en de oren zien er onbeschadigd uit. Het touw lijkt niet meer dan het zweepje bij een paard. Het is iets wat je alleen gebruikt als het echt nodig is. Alles gaat met commando’s waar de olifanten meestal prima op reageren. We maken dus eerst een ritje op de olifant waarbij je met z’n tweeen in een bakje zit. Het rondje voert ons door het dorpje en het bos met de rijstvelden vlak bij het dorp. Olifanten blijven, ook in gevangenschap, toch dieren die dagelijks zo’n 200 kilo voedsel nodig hebben. Tijdens ons tochtje gaan er heel wat bladeren en soms een jonge boom ten onder aan de altijd hongerige dieren.

Na de lunch wordt ons meer over de olifanten verteld en hoe ze getraind worden. Na deze uitleg mogen we de zwemkleding aantrekken en beklimmen we de olifanten. We zitten deze keer niet in bakjes maar gewoon op de rug of nek. Het is wel spannend met z’n drieen op een olifant, je hebt maar weinig houvast. Eerst laten de verzorgers de dieren nog wat eten en dan gaan we richting de Mekong. We gaan toch niet hier omlaag op de rug van olifant. De oever van de Mekong is een stijle afdaling tot het water. Zonder kleerscheuren komen we beneden aan. Nog een stop voor het water. We horen wat gekke geluiden en dan laten de olifanten hun darmen even leeg lopen, heerlijk. Dan is het zover, op de olifant het water in. Binnen no time zijn we kletsnet door het geschud van het beest of de plensen water die we uit zijn slurf over ons heen krijgen. Het ritueel eindigd met olifant rodeo. Het duurt dan ook niet lang of iedereen ligt in het water. Helaas kneusd Niek zijn bovenbeen wanneer hij op de babyolifant belandt. Nog een paar keer beklimmen we de olifanten en worden we weer de rivier ingeworpen. Na een half uurtje spelen in het water beklimmen we op de rug van de olifant de mekong oever weer. Een geweldige ervaring zit er weer op.Van alles wat we gezien hebben, hebben wij het idee dat hier de olifanten prima behandeld worden. Twee korte ritjes met mensen op de rug en baderen lijkt niet te veel op een dag. Met minibus worden we weer terug gebracht naar Luang Prabang.

Die avond genieten we, op ons inmiddels favouriete terras, waar Momme en Niek met de tassen gewacht hebben op een kamer, van een koel drankje. Er is nog meer te doen in en rondom Luang Prabang. We besluiten op eigen gelegenheid naar de watervallen te gaan. De makkelijkste manier is op de scooter. Zoals alles in Luang Prabang is ook een scooter huren hier niet goedkoop en zelfs afdingen lukt niet. Het lijkt wel alsof alle scooterverhuur mogelijkheden van een en hetzelfde bedrijf komen met fixed prijzen. We willen toch echt zelf op pad en niet met een tuk-tuk of andere georganiseerde tour. We huren een scooter en gaan op pad. Er zijn twee watervallen in de omgeving. Een is te bereiken door een loop te rijden en de andere moet je heen en weer over dezelfde weg. De loop lijkt ons leuker, dus het plan lijkt gemaakt. Wanneer we nog wat navraag doen bij de eigenaar van ons guesthouse, komen we erachter dat deze waterval alleen in het regenseizoen water heeft. Laat het nu net einde van het droogseizoen zijn in Laos, geen waterval dus. Ayla heeft ondanks dat de waterval opgedroogd is, toch nog een sterke voorkeur voor de loop. Ons maakt het verder niet uit, dus we gaan voor de loop. Eerst maar even tanken. Bij het tankstation besluiten we om toch naar de andere waterval te gaan, het is nog vroeg, maar al goed warm. Ideaal voor een verfrissende duik. We gaan op pad. Onderweg stoppen we voor een ontbijtje fried noodles en een fruitshake. Tegen de middag komen we aan bij de Tad Kouang Si Waterfall. De wandeling naar de waterval gaat door een aangenaam stuk bos en langs een berenopvangcentrum. In Luang Prabang hebben dierenbeschermers zich ontfermd over beren die in kooien gevangen zitten die misbruikt en verminkt worden om hun gal. De illegale medicijnindrustrie in China en Vietnam heeft hier een groot aandeel in. In dit bos zitten een stuk of vijftien beren die aan een gruwelijke dood ontsnapt zijn en hier de kans krijgen onbezorgd oud te worden.

Het is wel duidelijk dat er op het moment maar een waterval de moeite waard is om te bezoeken. Het is hartstikke druk, vooral met mensen die een tour geboekt hebben. Maar dat mag de pret niet drukken. Het is een grote en mooie waterval met diverse poelen en plateautjes waar je in kunt zwemmen. We lopen eerst, via een stevige klim, naar de bovenkant van de waterval. Het geeft een mooi uitzicht over het bos, maar het meertje wat aan de oorsprong van de waterval ligt stelt niet veel voor. Tijd voor een verfrissende duik. We klauteren weer naar beneden en zoeken een mooi plekje om te zwemmen. De poel die we uitzoeken heeft zelfs een slingertouw in een boom hangen om zo in het water te plonsen. Goed voor de foto. Een uurtje of wat later besluiten we weer op de scooter te stappen, we willen nog meer van de omgeving van Luang Prabang zien. We tuffen nog wat rond en net voordat het donker begint te worden vinden we een leuk restaurantje. Voordat we de scooter terug brengen, rijden we nog langs de stijger waar de slowboats naar Thailand gaan. We willen vanaf hier met de boot naar de grens en willen weten hoelaat de boot gaat.

De laatste dag in Luang Prabang doen we niet veel. Beetje lezen, foto’s uitzoeken en wat rondlopen door de stad. Aan het einde van de middag nemen we afscheid van Momme en Ayla, zij gaan met de nachtbus naar Vietnam. Het was gezellig de afgelopen twee weken met zijn vieren. Wieweet komen we ze over een paar weken in Indonesie weer tegen. Luang Prabang blijkt de stad te zijn om bekenden te treffen. De derde avond kwamen we Judith tegen, zij is met de slowboat uit Thailand naar Luang Prabang gekomen. Op de nightmarket hebben we gezellig bijgekletst over wat we gedaan hebben de afgelopen weken. Vanavond hebben we een afspraakje met Marites, zij heeft in ons huisje gewoond de afgelopen negen maanden. Ze is met haar vriend op vakantie in Azie en is een paar dagen in Luang Prabang. De nightmarket blijkt ook vanavond een prima plek om elkaar te treffen en bij te kletsen over van alles en nog wat. Leuk om hier in Laos allemaal bekenden tegen te komen.

De laatste paar dagen in Laos zijn aangebroken. We gaan met de boot naar de grens. Met de slowboat gaan we stroomopwaarts richting Thailand. Het is dik 300 km varen en dat betekend dat je daar twee dagen over doet. Er is ons verteld dat we optijd bij de boot moeten zijn om een goed plekje te bemachtigen. Half negen gaat de boot, half acht zijn we bij de office om een kaartje te kopen. De office is alleen nog niet open. Na twintig minuten wachten gaat de office open en kunnen we een kaartje kopen. Heel druk is het nog niet, dus het lijkt mee te vallen met het knokken om een plaatsje voor in de boot, ver van de motor. Om iets na half negen vertrekken we richting Pak Beng, de overstap voor de boot naar de grens. Er zitten vooral toeristen op de boot en een paar locals. De boottocht voert door de kronkelige Mekong met een prachtig uitzicht op de bergen, bossen, akkers, kleine dorpjes en rotspartijen in het water. Af en toe stopt de boot om een paar locals aan land te laten gaan. Na een tocht van negen en een half uur komen we aan in Pak Beng, een dorpje wat draait om de toeristen die hier moeten overnachten om de volgende dag weer verder te kunnen met de boot. Het stikt er van de guesthouses en al snel hebben we een bed gevonden voor de nacht. Een hapje eten scooren is ook niet moeilijk, keuze genoeg.

De volgende ochtend gaat de wekker weer vroeg, we willen vroeg bij de boot zijn. Ook nu vertrekt de boot om half negen. Bij het ontbijt kopen we ook gelijk onze take-away lunch en we gaan naar de boot. Het is een zelfde soort boot als van de eerste dag. De omgeving is wederom prachtig. Het is een erg relaxte manier van reizen deze boottocht van twee dagen. Na een lange dag varen komen we een dik half uur te laat aan bij de grens met Thailand, de grens is gesloten. Morgenvroeg om acht uur gaat de grenspost weer open en kunnen we onze reis voortzetten.

De volgende ochtend staan we op tijd op, scoren een ontbijtje en een lupa voor onderweg en wisselen nog vlug de laatste KIPs om naar Bath, the Thaise munteenheid. We lopen langs de immigratie om de stempel voor vertrek te halen en stappen op het bootje dat ons naar de andere kant van de Mekong, Thailand, brengt. De drie weken in Laos zijn voorbijgelvlogen. Laos laat bij ons een indruk achter van een heerlijk relax land. Misschien komen de mensen soms wat lui over maar dit is wel zo relax. Niet alleen hebben we in Laos erg van het land genoeten maar we hebben ook veel plezier gehad met de mensen met wie we samen gereisd hebben. Maureen, Momme en Ayla bedank!

[travelmap-map first=131 last=146]

[travelmap-list first=131 last=146]

2 thoughts on “Stroom opwaarts

  1. Weer een mooi verhaal.. Ondertussen hebben jullie al weer heel wat nieuwe ervaringen opgedaan.
    Hier is het Pasen met een temperatuur die kouder is dan Kerst! Geniet dus nog maar lekker van de warmte…
    Liefs.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *